Het kenmerk lijndikte is van toepassing op het lijntype van een object. U kunt zowel aan 2D- als aan 3D-objecten een lijndikte toekennen.
Wanneer u in het kenmerkenpalet op knop Lijndikte klikt, verschijnt er een keuzelijst waaruit u een aantal standaard lijndiktes kunt selecteren. Om de beschikbare lijndiktes in deze lijst te bewerken of te verwijderen, of lijndiktes op maat aan deze lijst toe te voegen, selecteert u het commando Extra > Instellingen > Lijndikte. Zie Een lijndikte op maat creëren voor meer informatie.
Als u een lijndikte op maat wilt toekennen aan een geselecteerd object, selecteert u in de keuzelijst van het Kenmerkenpalet de optie Stel lijndikte in. Het dialoogvenster ‘Stel lijndikte in’ wordt geopend. Selecteer hier de gewenste eenheid en vul een waarde voor de Dikte in.
Selecteer de optie Lijndikte van de Klasse om de lijndikte volgens klasse in te stellen (zie Kenmerken van een klasse toekennen).
● Als in het Organisatievenster de optie Automatisch toekennen is aangevinkt voor de klasse van het object, wordt de lijndikte van het object automatisch volgens klasse bepaald.
● Als in het Organisatievenster de optie Automatisch toekennen is uitgevinkt voor de klasse van het object, wordt de lijndikte van het object enkel volgens klasse bepaald wanneer u de optie Klasse in de stijlkeuzelijst selecteert.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~