Vullingen voor verhardingen

In Vectorworks Architectuur en Vectorworks Landschap kunt u kiezen uit diverse vullingen. Deze vindt u in het instellingenvenster van het gereedschap Verharding (zie Verhardingen creëren). Afhankelijk van de component die geselecteerd is, zijn er andere opties beschikbaar.

Instellingen voor lijnarcering, stippels en motief

Lijnarceringen, stippels en motieven zijn vullingen die zowel voor het verharde oppervlak als de boord beschikbaar zijn.

1. Om een lijnarcering, stippels of een motief te gebruiken, selecteert u een van deze opties in de keuzelijst Type vulling.

2.Klik op het vak onder Selecteer om de Hulpbronnenkiezer te openen. Dubbelklik vervolgens op de hulpbron die u wenst te gebruiken.

Voor lijnarceringen, stippels en motieven wordt de naam van de geselecteerde hulpbron vermeld onder de keuzelijst Type vulling.

Instellingen voor wildverband, blokverband of halfsteensverband

Als u een wildverband, blokverband of halfsteensverband als type vulling selecteert, wordt het dialoogvenster ‘Verband’ geopend. Schakel de gewenste opties in.

Veld	Omschrijving
Breedte vulling	Geef de breedte van de vulling op.
Kettingschakel	Schakel deze knop in om de verhouding tussen de hoogte en de breedte van de vulling te behouden en zo een symmetrisch patroon te creëren. Schakel de knop uit om een asymmetrisch patroon te creëren.
Hoogte vulling	Tenzij u de knop inschakelt om de originele verhouding van de vulling te behouden, kunt u hier de hoogte van de vulling opgeven.
Hoek vulling	Geef de hoek van de vulling op.

Instellingen voor cirkelverband in omtrek

Als u cirkelverband in omtrek als vulling van het vulvlak selecteert (enkel mogelijk voor verhardingen ten opzichte van een Omtrek), wordt het dialoogvenster ‘Instellingen cirkelverband in omtrek’ geopend. Schakel de gewenste opties in.

Cirkelverband in omtrek kan gebruikt worden bij een verharding volgens Omtrek in eender welke vorm. De omtrek van de verharding zorgt voor de cirkelvormige bijsnijding van de vulling.

Veld	Omschrijving
Breedte stroken	Bepaal de breedte tussen twee concentrische cirkels.
Diameter middelste steen	Bepaal de diameter van de middelste (cirkelvormige) steen.
Verspringing voegen t.o.v. vorige strook	Kies hoe u de verspringing van de voegen ten opzichte van de voegen van de vorige strook wenst te bepalen. ● Selecteer Breedte om de afstand op te geven waarmee de voegen van aangrenzende stroken moeten verspringen. Deze afstand wordt steeds bepaald ten opzichte van de voegen van de vorige strook. ● Selecteer Graden om de hoek op te geven waaronder de voegen van aangrenzende stroken moeten verspringen. Deze hoek wordt steeds bepaald ten opzichte van de voegen van de vorige strook. ● Selecteer Verspringing (%) om de verspringing van aangrenzende stroken procentueel uit te drukken.
Lengte van de klinker (zijde haaks op de lange zijde v.h. pad)	Kies hoe u de breedte van de klinkers wenst te bepalen. ● Selecteer Breedte buitenzijde om de breedte van een klinker op te geven aan de buitenzijde van de cirkel. ● Selecteer Breedte binnenzijde om de breedte van een klinker op te geven langs de binnenzijde van de cirkel. ● Selecteer Aantal klinkers om het aantal klinkers op te geven waaruit de cirkel moet bestaan.

Instellingen voor verband volgens pad

Als u een verband volgens pad als vulling van het vulvlak selecteert (enkel mogelijk voor verhardingen ten opzichte van een Pad), wordt het dialoogvenster ‘Instellingen verband volgens pad’ geopend. Schakel de gewenste opties in.

Veld	Omschrijving
Lengte van de klinker (zijde haaks op lange zijde pad)	Geef een lengte op voor de zijde van de klinker die haaks staat op de lange zijde van het pad.
Lengte van de klinker (zijde parallel met lange zijde pad)	Geef een lengte op voor de zijde van de klinker die parallel loopt met de lange zijde van het pad.
Willekeurige verdeling (%)	Vink deze optie uit als de opgegeven lengte voor elke klinker moet worden aangehouden. Vink de optie aan en vul een percentage in om de lengte van de klinkers te laten variëren. Elke klinker krijgt een willekeurige lengte toegekend die de opgegeven lengte niet overschrijdt en die niet kleiner is dan het opgegeven percentage van de maximum lengte. Bijvoorbeeld, als de lengte van de klinker (zijde parallel met lange zijde pad) 120 cm is en de optie Willekeurige verdeling met een percentage van 50 is aangevinkt, dan zal elke klinker een willekeurige lengte hebben tussen 60 à 120 cm.
Verspringing voegen t.o.v. vorige strook	Kies hoe u de verspringing van de voegen ten opzichte van de voegen van de vorige strook wenst te bepalen. ● Selecteer Breedte om de afstand op te geven waarmee de voegen van aangrenzende stroken moeten verspringen. Deze afstand wordt steeds bepaald ten opzichte van de voegen van de vorige strook. ● Selecteer Verspringing (%) om de verspringing van aangrenzende stroken procentueel uit te drukken. De verspringing wordt in dat geval berekend als een percentage van de waarde opgegeven voor Lengte van de klinker (zijde parallel met lange zijde pad). Deze parameter bepaalt het beginpunt. Afhankelijk van de krommingen van het pad en de instellingen van de optie Willekeurige verdeling (%), is het mogelijk dat deze verspringing varieert over de gehele lengte van het pad.

Instellingen voor voegen

Als u voegen als type vulling van de boord selecteert, wordt het dialoogvenster ‘Geef waarde op’ geopend. Geef de gewenste afstand tussen de voegen op.