Nadat u de landschapszone in de tekening hebt geplaatst, kunt u de eigenschappen ervan aanpassen via het Infopalet door te klikken op Instellingen landschapszone. Of: klik rechts op het object en selecteer het commando Bewerk in het contextmenu. Kies hierna de optie Instellingen. De parameters in het Infopalet hebben gelijkaardige namen als die in de standaardinstellingen van het gereedschap en staan min of meer in dezelfde volgorde. Bij landschapzones die een objectstijl gebruiken worden de volgens stijl ingestelde parameters enkel ter informatie weergegeven; het is niet mogelijk om ze te bewerken.
Een omschrijving van de gereedschapsinstellingen voor landschapszones vindt u in Instellingen landschapszone. Enkel de parameters die verschillen, worden hier besproken.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.
Andere manieren waarop u de landschapszone kunt bewerken:
● Wijzig de 2D-kenmerken van de landschapszone via het Kenmerkenpalet. Dit is aangewezen wanneer er geen 2D-planten worden weergegeven.
● Wanneer u plantstijlen aanpast die ook in de landschapszone voorkomen, zullen deze planten binnen de landschapszone mee veranderen. Hetzelfde gebeurt wanneer u een plantstijl aanpast vanuit een rekenblad (zie Een standaardrapport voor een landschapszone creëren).
● Het label kan gewijzigd worden via de parameters in het Infopalet, maar ook door het toekennen van klassekenmerken of het verslepen van de controlepunten in de tekening (vergelijkbaar met het label van een plant; zie Labels van planten bewerken).
● Om de leesbaarheid van de labels te verbeteren, gebruikt u het commando Aanduidingslijnen uitlijnen en verdelen (zie Aanduidingslijnen uitlijnen en verdelen).
● Vervorm de landschapszone door erop te klikken met de rechtermuisknop. Selecteer vervolgens Bewerk in het contextmenu. Het dialoogvenster ‘Bewerk landschapszone’ wordt geopend. Selecteer de optie Pad. Hierdoor activeert u het gereedschap Vervorm object, waarmee u het pad van het object rechtstreeks in de tekening kunt aanpassen.
● Gebruik de commando’s Vlakken samenvoegen, Vlak uitsnijden, Intersectie vlakken en Combineer tot vlak om de landschapszone te bewerken. Zie Vlakken van 2D-objecten bewerken.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~