|
Online videotraining: Landschapsarchitectuur - deel 1 Online videotraining: Landschapsarchitectuur - deel 2 Online videotraining: Landschapsarchitectuur - deel 3 Online videotraining: Landschapsarchitectuur - deel 4 |
Gereedschap |
Gereedschappenset |
Terreinbewerkingsobjecten
|
Landschap |
Wanneer u een terreinmodel creëert kunt u bepalen welke versie van het terreinmodel moet worden weergegeven: het huidige of het toekomstige (zie Concept: Terreinmodellen). Het huidige model toont het bestaande terrein; het toekomstige model toont het terrein met de gemaakte aanpassingen. Gebruik onder meer het gereedschap Terreinbewerkingsobjecten om het terreinmodel te bewerken. Een terreinbewerkingsobject kan zowel toegepast worden op het huidige terreinmodel als op het toekomstige.
Als u Terreinbewerkingsobjecten selecteert, verschijnen volgende tekenmethodes in de Methodebalk.
Methode |
Omschrijving |
Werkgrens |
Selecteer deze methode om een topografisch overgangsgebied te creëren tussen een bestaand terrein en de terreinbewerkingsobjecten binnenin dit gebied. |
Hoogtelijn |
Selecteer deze methode om een terreinbewerkingsobject met open pad te creëren. |
Nivellering |
Selecteer deze methode om een gesloten oppervlakte te creëren op basis waarvan het terreinmodel wordt gewijzigd. |
Nivellering met rechte rand |
Selecteer deze methode om een nivellering met een rechte rand te creëren. Het omliggende terrein sluit perfect aan op de nivellering. |
Betextureerbare bedding |
Selecteer deze methode om een gebied te creëren dat waarop een afzonderlijke textuur kan worden toegepast. |
Afgraaf/aanvulzone |
Selecteer deze methode om het grondverzet te minimaliseren. |
Grijp naar hoogtelijn |
Selecteer deze methode om het terreinbewerkingsobject gedwongen te plaatsen op het niveau van de hoogtelijn die zich onder de aanwijzer bevindt op het moment dat het terreinbewerkingsobject wordt gecreëerd. De hoogtelijn onder de aanwijzer licht op en het bewerkingsobject neemt de hoogte van deze hoogtelijn over. |
Tekenmethodes polylijn |
Selecteer volgens welke methode u de polylijn wilt tekenen (zie Polylijnen tekenen). Het terreinbewerkingsobject wordt op deze polylijn gebaseerd. |
Instellingen |
Pas de instellingen aan. |
Hoogte nivellering |
Geef hier de gewenste hoogte in voor de nivellering, nivellering met rechte rand, omtrek of de afgraaf/aanvulzone. |
Terreinbewerkingsobjecten kunnen op eender welke laag worden geplaatst. In de instellingen van het terreinmodel kunt u bepalen of terreinbewerkingsobjecten op een andere laag het terreinmodel al dan niet kunnen aanpassen (zie Een terreinmodel creëren). U kunt er bijvoorbeeld voor kiezen om de verschillende terreinbewerkingsobjecten op aparte lagen te plaatsen, zodat het resultaat van elk bewerkingsobject op het terrein individueel kan worden getoond. Wanneer u een terreinbewerkingsobject in de tekening plaatst, wordt er automatisch een klasse Terrein-Terreinmodel-bewerkingsobject aangemaakt.
Behalve de terreinbewerkingsobjecten gecreëerd met het gereedschap Terreinbewerkingsobjecten, zijn er nog een aantal andere gereedschappen en commando’s waarmee u objecten kunt maken om het terreinmodel te bewerken.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~