|
Online videotraining: Aanmaken en gebruiken van klassen |
Commando |
Locatie |
Weergavebalk |
Sneltoets |
Organisatie |
Extra |
|
● Ctrl+Shift+O (Windows) ● Cmd+Shift+O (Mac) |
Nadat u een klasse gecreëerd heeft, verschijnt deze in het tabblad Klassen van het Organisatievenster. Vanop deze locatie is het mogelijk om de eigenschappen van de klassen in te stellen en te bewerken.
Om klassen te bewerken:
1. Selecteer het commando of klik op de knop in de Weergavebalk.
Het dialoogvenster ‘Organisatie’ wordt geopend.
2.Klik op het tabblad Klassen.
Hier vindt u een lijst met alle in de tekening bestaande klassen. Afhankelijk van de geselecteerde weergave-optie rechtsboven in het dialoogvenster worden ofwel de details ofwel de zichtbaarheid van de klassen getoond. In de weergave Details kunt u de zichtbaarheid van de klassen in de tekenzone en de actieve klasse wijzigen. In de weergave Zichtbaarheid kunt u de zichtbaarheid van klassen in zichtvensters en bewaarde tekenzones wijzigen (zie Zichtbaarheidskolommen).
3.Om andere eigenschappen aan te passen, selecteert u een of meer klassen en klikt u op de knop Bewerk. Het dialoogvenster ‘Bewerk klassen’ wordt geopend.
Klik hier om de velden te tonen/te verbergen.
4.Klik op OK om terug te keren naar het Organisatievenster. Als objecten in een bewerkte klasse reeds in de tekening bestaan en de kenmerken van de klasse automatisch worden toegekend, zal Vectorworks u vragen hoe u de wijziging op de bestaande objecten wenst toe te passen.
Als u meerdere klassen selecteerde om te bewerken en deze klassen verschillende waarden hebben voor bepaalde of alle parameters, zullen deze velden aangeven dat de waarde onbekend is. Door op OK te klikken worden de huidige instellingen toegepast op alle geselecteerde klassen. Parameters met een onbekende waarden worden niet toegepast.
~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~~